Van Tafelberg naar Tygerberg (4)

Ik heb 2 maanden gewerkt op de afdeling neonatologie. Erg boeiend, want zoals bij velen bekend heeft het vak neonatologie mijn speciale aandacht. Maar ook erg moeilijk in het begin! En dan niet zozeer wat betreft de pathologie, want wat dat betreft is neonatologie in Zuid-Afrika niet eens zo verschillend van neonatologie in Nederland. Maar de aanpak is vaak totaal anders. Door de zeer beperkte IC-capaciteit worden kinderen van 500 gram, geboren na 26 weken zwangerschapsduur op een “gewone” afdeling verpleegd. Alleen kinderen boven 700 gram en boven 27 weken komen in aanmerking voor opname op de IC-afdeling, als er een bed beschikbaar is. Een groot deel van de zorg voor pasgeborenen die zich in Nederland op een IC-afdeling afspeelt, vindt hier dus gewoon op de afdeling plaats.

Als arts ben je gelukkig niet de enige op zo’n afdeling. Afdeling G2 is opgedeeld in een 5-tal kamers. De eerste kamer is de opname-kamer, waar alle verse baby’s binnenkomen. Dit was gedurende 2 maanden mijn terrein. Hier liggen de ziekste kinderen, zodra ze stabiel zijn schuiven ze door naar de volgende kamer.

Prematuren met onrijpe longen, die in Nederland beademd zouden worden, krijgen hier een medicijn om de longrijping te bevorderen in de luchtpijp toegediend en moeten het vervolgens weer op eigen kracht doen. Sinds kort is deze dure behandeling hier beschikbaar gekomen voor in principe alle prematuren en hiermee worden erg goede resultaten geboekt. Veel minder prematuren overlijden aan longproblemen in de eerste fase. Wat echter nog niet bekend is, en minstens even belangrijk, zijn de lange termijn resultaten. Hoeveel van deze kinderen moeten door het leven met een meer of minder ernstige handicap? Op deze vraag weet men voorlopig het antwoord nog niet.

Naast alle moeilijke momenten ook veel mooie momenten beleefd. Rijen moeders die naast elkaar melk zitten af te kolven, dat zul je in Nederland niet snel aantreffen. Met de hand wel te verstaan, kolfapparaten hebben de meesten hier niet. Erg blij en dankbaar zijn ze, als je foto’s maakt van hen en hun baby’s en die voor hen afdrukt. Gezellige samenwerking met de sisters en de nurses, die vol belangstelling zijn voor Hannah en Mare (“they are fat!!” en “there is room for a boy!”). Er wordt regelmatig iets georganiseerd om geld voor de afdeling in te zamelen, en als dokter moet je natuurlijk altijd betalen! Wat je dan met liefde doet natuurlijk!
Ik zou er een boek over kunnen schrijven, zoveel geleerd en beleefd. Tienermoeders, communicatieproblemen, gebrek aan materiaal tijdens reanimatie in de verloskamer, infuzen prikken tot je een ons weegt, familieleden opsporen, vreugde en verdriet… De basis blijft echter hetzelfde, waar je je vak ook uitoefent. Ouders willen een gezond kind met een goede toekomst en als team doe je je best daar aan bij te dragen. Helaas is dat niet voor iedereen weggelegd. Het optimisme van de mensen die hier werken en elk succesje dat wordt geboekt geeft echter moed om door te gaan!
2 Comments:
Ik ben trots op je.
Pap
23/11/06 11:35
hoi moniek, dit zijn taferelen waar wij hier in ons landje geen weet van hebben. wat krijg jij een pak van ervaringen mee. hou vol en succes hoor.ik blijf het volgen.groetjes emmie
23/11/06 22:08
Een reactie plaatsen
<< Home